Het verhaal… ik werk met een organisatie die zo’n 5 peuterspeelzalen onder haar hoede heeft. Via via heeft deze organisatie het aanbod gekregen om mee te doen aan een pilot omtrent een online platform waarmee je het contact tussen ouders en peuterleidsters ook online kunt ondersteunen. GroepLink. Een buitenkans! Want peuterspeelzalen zitten over het algemeen niet heel ruim in het geld, ouderbetrokkenheid staat daar hoog op de agenda, en ‘eens moet je toch ook met die sociale media beginnen’. Drie vliegen in 1 klap, en fanatiek gaat een van de managers (die er zelf wel wat mee heeft) het hoe en wat van dit platform bekijken.

In de daaropvolgende periode volgt een bijeenkomst met alle peuterleidsters (zo’n 25 dames variërend in leeftijd van 20 tot 50) en zijn er twee ouderbijeenkomsten. Een handjevol peuterleidsters die het wel zien zitten (vooral de jongere garde), en zo’n 20 ouders die nieuwsgierig zijn en positief gestemd de bijeenkomst verlaten (fijn om iets meer te weten over het reilen en zeilen in de groep – dan snap ik straks eindelijk welke liedje hij bedoelt – die belangrijke brief van het management kan ik nu altijd online weer vinden – kan ik gemakkelijk de moeder van Jan eens bereiken). De peuterleidsters hebben we hard nodig om dit online platform tot een succes te maken. Daar zit wel mijn zorg. Met zo’n 5 enthousiaste leidsters dekken we lang niet alle groepen, wat in de praktijk betekent dit dat er veel peutergroepen zijn waar vooralsnog weinig online activiteit valt te verwachten van de kant van de leidsters. Maar goed, daar beginnen waar het enthousiasme wel is!

En de enthousiaste peuterleidsters experimenteren flink. Hoe werkt het aanmelden, sturen van berichten, plaatsen van nieuws, uploaden van een document of video. Veel lukt, maar we verzamelen toch ook een lijst met punten die niet goed werken en wel echt belangrijk zijn. Nu is het belangrijk je bij dit proces te realiseren dat het management van een peuterspeelzaal echt niet weet welke andere typen online platforms er bestaan en waar je op kunt letten. Want dat is toch echt wel een vak apart en een behoorlijk speurwerk als je dat eerst grondig gaat uitzoeken. Dus ik snap best dat je als manager peuterspeelzalen een aangeboden platform, dat speciaal voor deze sector is ontwikkeld, met beide handen aangrijpt. Maar al werkende krijg ik wel de kriebels, want ik heb al snel het gevoel dat er betere platforms zijn. Maar goed, dit is er nu en laten we dan kijken hoe we dit het beste kunnen inzetten.

Met een lijstje belangrijke wijzigingen aan GroepLink om het goed te laten werken (uploaden video, interactie management – ouders, notificaties) gaan we vervolgens in gesprek met de organisatie die GroepLink in de markt zet. Een prima gesprek volgt. Maar wat blijkt wel… Groeplink is een broertje van Klascontact – ontwikkeld voor het basisonderwijs. En aan Groeplink is niet heel veel verandert en dat staat ook niet erg hoog op het lijstje van de betreffende organisatie. Terwijl de dynamiek van het basisonderwijs zo anders is dan die van peuterspeelzalen! Daar hadden ze nog niet echt over nagedacht! Een kind dat naar het basisonderwijs gaat, komt daar elke dag en gaat elke dag naar dezelfde groep. Op de peuterspeelzaal komen kinderen 2 of 3 ochtenden in de week, waardoor de groepssamenstelling er elke dag anders uit ziet. Bovendien maakt dit de betrokkenheid van ouders bij een peuterspeelzaal heel anders dan wanneer je kind naar het basisonderwijs gaat. Ik kan hier toch wel boos over worden: hoe groot is de moeite om je enigszins in te leven in de praktijk waar de tool voor bedoeld is? Je wilt toch iets bereiken met het instrument dat je ontwikkeld? We willen toch een positieve bijdrage leveren aan de maatschappij? Voor deze peuterspeelzaal is het echt roeien met de riemen die je hebt!